Monster van de vuursteenmijn, Het

Inhoud

Lang voor onze jaartelling, toen de mens nog geen metalen kende, maakte hij zijn wapens en werktuigen van vuursteen. De goede vuursteen zat wel tien meter onder de grond in de mergelheuvels van Zuid-Limburg. Het delfwerk was gevaarlijk, maar de vuursteenstam deed het graag. Ze vonden het eervol werk en het betekende welvaart voor de nederzetting. Iedereen had immers werktuigen en wapens nodig? De jagers voor de jacht, de boeren voor het bewerken van het land en de handelaren die het overal verkochten. In ruil daarvoor ontvingen ze alles wat ze nodig hadden. Als Firn door de vuursteenstam wordt uitgekozen om door de nauwe schachten in de diepte af te dalen om de vuursteen uit het krijt te hakken, is zijn vader zeer vereerd. Zelf kan en mag hij het werk niet meer doen. Firns kameraden zijn jaloers op hem. Maar niemand weet van het bestaan van het monster, dat Firns leven in de schachten vergalt...