De kast - een vervolgverhaal (deel 3)

By Geert, 18 October, 2010

“Was dat nu echt nodig? Waarom moest jij nu zo nodig weer over mijn werk beginnen?”, vroeg Mark geïrriteerd terwijl hij roekeloos de koffiebekers in de afwasbak liet vallen. Els was nog maar net met hun dochter naar de slaapkamer vertrokken of de irritaties laaiden weer op. Typisch.

“Ach jong, ik heb niets verkeerd gezegd. Jij denkt dat iedereen tegen jou is. En dat je vrouw op de koop toe nog eens promotie maakt, dat kan je al helemaal niet verkroppen. Geef maar toe.”, antwoordde Petra laconiek.

Petra had een gevoelige snaar geraakt. Mark zou nooit toegeven dat hij problemen had om zijn vrouw als kostwinner te zien, maar nu hij zelf werkloos was moest hij die situatie wel accepteren. En dat was inderdaad een groot deel van hun probleem. Bovendien besefte hij dat zijn vrouw zich wel erg comfortabel in haar nieuwe status nestelde.

“Ik heb hier niet om gevraagd! Jij denkt dat iedereen zomaar naar jouw pijpen danst!”, riep hij terwijl hij bruusk de waterkraan opendraaide. Hij schrok zelf van de woede die in zijn woorden was geslopen. Het zat hem echt wel diep.

“Dimmen, hé manneke. Straks hoort Els ons nog!”

“Ha, alsof die nog niet alles over ons weet. Jij zal je mond tegen haar gehouden hebben zeker? Laat me niet lachen.”

“Je moet Els er nu niet bij betrekken. Je zou haar beter dankbaar zijn dat ze zo snel een huis voor ons gevonden heeft.”, antwoordde Petra geïrriteerd. Ze had zojuist de tv geïnstalleerd en was nu de zenders aan het programmeren.

“Els dit, Els dat. Waarom ga je ze niet heilig verklaren?”

Dat was duidelijk het einde van de discussie. Het front was weer duidelijk afgebakend, de kampen konden zich voorbereiden voor de volgende strijd. Iedereen was moe na een ganse dag verhuizen en te afgestompt om meer te doen dan wat naar het televisiescherm te staren. Terwijl de waanzin van het de beelden aan hem voorbijgingen, dacht Mark na over de tijd toen het allemaal begon mis te lopen op zijn werk. De pesterijen en de manipulaties van zijn collega’s. Elke dag weer die slopende spanning, die hij elke avond meenam naar huis. Hij was daar in de fout gegaan, dat wist hij wel. Maar toen hij zelf ontslag nam, botste hij op een andere muur: het ego van zijn vrouw. Al van de eerste dag zag hij het sluimerend misprijzen in haar ogen. Gedurende de steeds vaker voorkomende ruzies werd zijn vermoeden telkens weer bevestigd: Petra was uitgekeken op haar man.

“Ze slaapt. Ik heb haar het verhaal van Karel de Draak voorgelezen.” Els stond in de deuropening.

“Je bent een schat, Els. Dankjewel.”, antwoordde Petra terwijl ze uit de zetel kroop.

“Graag gedaan, joh. Maar ik moet er vandoor. Tot volgende week?”

“Prima. Drive safely, sweety.” De beide vriendinnen gaven elkaar nog een knuffel.

“Ik ga naar bed.”, zuchtte Mark en liep naar de badkamer. In de spiegel staarde hij even later naar zijn eigen gezicht. Hij sperde zijn ogen open en trok de neusvleugels op.

“Respect.”, mompelde hij. “Dat is waar het om draait. Respect.”

Het wit van zijn oogbollen was een beetje gelig. Wat hem vooral opviel waren de bloedvaten die een web vormden waarin zijn pupillen gevangen leken. Met de nagel van zijn pink duwde hij voorzichtig tegen de vochtige oogbol. De pijn schoot door zijn brein. De oogleden knipperden spastisch en tranen stroomden over zijn wangen.

“Respect.”

Ondertussen was Petra even gaan kijken in Sofie’s kamer. Haar dochtertje leek rustig te slapen. De stilte van de kamer deed haar goed. Het was een stressvolle dag geweest. Gelukkig kon ze zich nog optrekken aan haar kleine meid. Het speet haar wel dat ze Sofie geen nachtzoen had kunnen geven, maar dat zou ze morgen wel goedmaken.

“Shrrrt, shrrrt.”

Onbewust had ze dat schrapend geluid wel moeten opvangen, want er liepen plots koude rillingen over haar rug. Maar er was niets dat haar aandacht trok naar de inbouwkast recht tegenover het bedje van haar dochter. Het was immers achter die deur dat iets verscholen zat dat aan de oorzaak zou liggen van het drama later die nacht. Had ze geweten wat er stond te gebeuren, dan had ze zeker die kastdeur opengebroken, een gedachte die nog jaren lang door haar hoofd zou spoken.

Een paar uur later lagen man en vrouw verzonken in een diepe slaap. Een helse angstschreeuw priemde plots door de nacht. Beide schoten wakker en sprongen rechtop in bed. Ze keken elkaar aan. De paniek had elke vorm van slaap vermoord. Bij de kinderkamer aangekomen, twijfelden ze geen seconde en duwden de deur open. De schim in de hoek van de kamer viel direct op, maar het was pas toen Mark het licht aanstak, dat de gruwel tot hun doordrong.

Daar waar steeds een grote pluchen teddybeer op een houten stoeltje had gezeten, lag nu een bundeltje bebloed textiel. Hier en daar waren de tekeningen van Tijgetje nog te herkennen. Het was altijd al haar favoriete pyjama geweest.

Petra wist direct dat haar Sofietje zich ergens verborgen hield. Toen Mark de kamer binnenstormde, was ze zeker dat hij niets anders zou ontdekken dan een pyjama. Mark bukte zich voorover om het kledingsstuk op te rapen, Petra zocht in de kamer naar andere tekenen van haar dochter. Mark stond op. Hij droeg de pyjama in zijn armen. Zijn blik straalde pure horror uit. Petra was overtuigd dat Sofietje was gevlucht, zelfs toen ze een kinderhandje zag uitsteken tussen de met bloed doordrongen pyjama.

WORDT VERVOLGD...

Comments